Een 28-jarige leerkracht uit het Haagse Statenkwartier is onlangs veroordeeld voor het aanranden van een leerling tijdens het schoolkamp van groep 8. Hoewel hij schuldig werd bevonden, heeft de rechter geen beroepsverbod opgelegd, waardoor hij mogelijk nog niet volledig uitgesloten is van het werken met kinderen.
De leraar, die ooit werd beschouwd als de meest betrokken meester van de school, raakte na het schoolkamp een andere status. Op de ochtend na de bonte avond kroop hij bij een slapende leerling in bed en raakte hem aan. De jongen deed een duidelijke verklaring over wat er was gebeurd, en deze werd door de rechtbank als betrouwbaar beschouwd.
De leraar ontkende dat hij enige seksuele intentie had. Hij gaf toe dat hij in het stapelbed was gekropen, over de jongen heen, en zijn hand op diens borst had gelegd. Wat hij echter ontkende, was dat zijn hand omlaag was gegleden of dat hij seksuele bedoelingen had. De rechtbank vond dat niet geloofwaardig, vooral omdat de omstandigheden ongebruikelijk en ongepast werden geacht, gezien het feit dat de jongen sliep en het tijdstip van de gebeurtenis.
De rechter legde de leraar een celstraf op die gelijk is aan de 15 dagen die hij in voorarrest had gezeten. Daarnaast moet hij 150 uur werkstraf uitvoeren. De aanklager had ook een beroepsverbod geëist, maar dat werd niet opgelegd omdat er geen stoornissen bij de leraar konden worden vastgesteld.
